Heel de wereld heeft deze zomer kunnen genieten van de Olympische Spelen in Parijs. Een veel besproken onderdeel was het zwemmen in de Seine. Was het water schoon genoeg? Liepen de deelnemers geen gevaar? En kon de wedstrijd wel doorgaan? Pas op het allerlaatste moment werd de kwaliteit van het water goedgekeurd en konden de langeafstandszwemmers en de deelnemers aan de triatlon de stromende rivier induiken. Bij beide zwemonderdelen was een belangrijke rol weggelegd voor de pontons van Van Schie.

Pontons in parijs

Het startpodium dat dwars over de Seine lag, dicht bij de Eiffeltoren, bestond uit 102 koppelbare pontons uit Mijdrecht. De rivier is ter plekke 140 meter breed en 4,5 meter diep. De deelnemers moesten vanaf dit ponton het water induiken.

Helaas mochten de groen-gele kleuren van Van Schie niet schitteren, maar werden ze angstvallig toegedekt met het blauw van ‘de spelen’. Overigens waren dit niet de enige pontons die vanuit Nederland met vrachtauto’s naar Parijs waren gebracht. Van Schie heeft ook langs de oevers – ver buiten het feestgedruis – drie drijvende aanlegsteigers gebouwd van VSP-pontons, waar hoogwaardigheidsbekleders en andere genodigden op salonboten konden stappen om vervolgens naar de openingsceremonie te worden gevaren.

Ook een ander probleem kon met pontons worden opgelost. Met het oog op de aangescherpte veiligheidsmaatregelen was er behoefte aan een extra politiepost, dus is er ook een drijvend politiebureau gebouwd voor de Franse gendarmerie op 18 containerpontons. Daar zijn helaas geen beelden van, omdat dit regiment politiemannen onopvallend moest kunnen opereren in geval van calamiteiten.

Tijdens de Olympische Spelen zijn in totaal 45.000 agenten en gendarmes ingezet voor de veiligheid. Vooral de openingsceremonie met de botenparade op de Seine vergde veel maatregelen.

 

Op de hoogte blijven?

Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief