De treinramp bij Voorschoten – eerder dit jaar – ligt ongetwijfeld bij veel mensen nog vers in het geheugen. Op dinsdag 4 april, rond half vier ‘s nachts botsten een Intercity en een goederentrein op een bouwkraan, met noodlottige gevolgen. De machinist van de bouwkraan overleed; dertig andere mensen raakten ernstig gewond. Beide treinen ontspoorden en door de enorme klap kwamen twee van de vier treinstellen in het weiland terecht.

IMG_2271

De hulpdiensten waren zeer snel ter plaatse en er werd direct een plan gemaakt om de treinstellen uit het weiland te evacueren. Daarbij was een belangrijke rol weggelegd voor Van Schie.

Toen de deskundigen van ProRail en de NS de situatie in kaart brachten was al heel snel duidelijk dat er ongelofelijk veel nodig was om de treinstellen van dit drassige weiland te halen. Om de plek van het ongeval met (zeer) zwaar materieel te kunnen bereiken zou er eerst een noodweg moeten worden aangelegd. Want om de treinstellen te kunnen liften waren twee mobiele kranen nodig: 400 tonners, beide ingezet door Mammoet.

Maar om die kranen op de juiste plek te krijgen en er een stabiele stelplaats in te richten, was een nog grotere uitdaging. Alle disciplines uit de GWW-sector waren hier nodig. En juist daarom kwam men al gauw uit bij Van Schie. Het bedrijf uit Mijdrecht is 24/7 inzetbaar, heeft alle disciplines in huis, is bekend met de bodemsoorten in het Groene Hart en is ingesteld op calamiteiten.

Bereikbaarheid

De plek waar de ramp plaatsvond had niet ongelukkiger kunnen uitvallen. Uitermate slecht bereikbaar en bovendien bleek er onder de weilanden een waterleiding te liggen die op drie plekken gepasseerd moest worden. Voor deze drie plekken moest dus eerst een overkluizing worden gebouwd, bestaande uit een extra zandpakket en een schottenplateau.

Ook werden er tijdelijke duikerbuizen geplaatst. Daar overheen kon dan de rijplatenbaan worden gelegd: 280 meter langs het spoor en 350 meter door het weiland. Aangezien het ene treinstel dwars over de spoorsloot was terechtgekomen, moest ook die sloot eerst worden uitgebaggerd en opgevuld met vers zand voor een stabiele ondergrond. De bagger werd afgevoerd naar de eigen grondbank in Mijdrecht.

De uiteindelijke stelplaats voor de kranen van Mammoet was het grootste karwei. Precies dáár liep ook de waterleiding onderdoor. Het plateau dat hier werd gebouwd, bestond uit dubbele lagen houten schotten, extra zware stalen schotten van Mammoet zelf en stalen schotten van Van Schie en alles opgevuld met zand.

Kortom, een megaklus. Iemand heeft uitgerekend dat er in totaal meer dan een miljoen kilo aan materieel en apparatuur op het weiland stond.

Mens & materieel

Voor een calamiteit van deze omvang moest er in korte tijd veel menskracht en materieel worden ingezet, voordat de zware kranen van Mammoet de twee treinstellen konden bergen:

  • Drie dagen lang, de klok rond, waren ploegen van Van Schie (in samenstellingen van 20 man) in touw om de opstelplaats van de kranen bereikbaar en hijsklaar te maken.
  • Twaalf vrachtwagens (zandkippers en diepladers), waren nodig voor de continue aanvoer van zand, maar ook voor de afvoer van bagger uit de spoorsloot.
  • Over een afstand van totaal 630 meter moest er een tijdelijke rijplatenbaan worden aangelegd, op een zandpakket.
  • Voor de opstelplaats van de kranen: 16 stalen schotten met een lengte van 14 meter, naast de ultra-zware schotten van Mammoet.
  • Honderden houten schotten, o.a. voor de drie overkluizingen.
  • Graafkranen en shovels voor het verzetten van de grond.
  • Tijdelijke duikerbuizen van HP Staal.
  • Tijdelijke stalen brug van Janson Bridging.
  • Diverse aggregaten voor stroom, etc.
  • Van Schie was ook verantwoordelijk voor het ‘vacuüm’ verpakken in beschermende folie van de treinstellen voordat ze op transport gingen.

Op de hoogte blijven?

Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief