Tijdens de Tweede Wereldoorlog, in de nacht van 22 juni 1941, is in de weilanden bij Nieuwe Niedorp (NH) een Engelse bommenwerper neergestort. Het toestel werd boven de Kostverlorenpolder uit de lucht geschoten door een Duitse nachtvlieger. De bemanning bestond uit zes Tsjechen, in dienst van de Royal Airforce (RAF). Volgens de specialisten van defensie zouden de lichamen van de slachtoffers zich nog in het vliegtuig moeten bevinden. Alle reden om dit wrak te willen bergen.

Van Schie_Journaal_najaar 2021_grondwerk_voorboren_pontons (32)

Toen Tsjechië bezet werd door de Duitsers zijn veel Tsjechen naar Engeland gevlucht om van daaruit mee te vechten voor een vrij Europa. In de nacht van 22 juni 1941 steeg een bommenwerper van het type Vickers Wellington op om een bomaanval uit te voeren op Bremen, met aan boord zes Tsjechische bemanningsleden.

Op de terugweg naar de thuisbasis in Engeland werd het vliegtuig beschoten door een Duitse nachtjager, waarna het brandend neerstortte op een perceel aan de Kanaalweg.

Later bleek dat alleen de piloot de crash had overleefd met behulp van zijn parachute. Hij kwam niet ver, had zijn been gebroken en werd gevangengenomen door de Duitsers. Zijn naam: Vilem Bufka. Van de overige vijf geen spoor.

Waarschijnlijk omdat het vliegtuig zich meters diep de grond in had geboord. Bufka is na de oorlog vrijgekomen en stierf in 1967. Het is vrijwel zeker dat de vijf anderen zich nog in het wrak bevinden. Het is belangrijk dat zij worden geborgen en geïdentificeerd, ook uit respect voor de nabestaanden.

Team van defensie

Een team van defensie leidde de berging, uitgevoerd door twee gecertificeerde civieltechnische aannemers: Bodac en Van Schie. Bodac, specialist in de opsporing van explosieven, deed vooral de ontgraving. Van Schie verzorgde de transporten van de bergingslocatie naar de verwerkingslocatie, en later de transporten van de gezeefde grond naar de eigen grondbank in Mijdrecht, voor classificatie.

De kans dat er zware explosieven zouden worden gevonden was klein, omdat de bommen al waren afgeworpen. Wel kwamen er nog honderden goed bewaarde patronen tevoorschijn (bedoeld voor de zes mitrailleurs), persluchtflessen, delen van de cockpit en het landingsgestel, motoronderdelen, fragmenten van kledingstukken en schoenen.

Wat de slachtoffers betreft: er zijn diverse stoffelijke resten gevonden, botfragmenten, die momenteel aan de hand van DNA worden onderzocht. Dat deze berging heeft plaatsgevonden, is te danken aan het Nationaal Bergingsprogramma Vliegtuigwrakken dat in 2019 is opgericht. Men schat dat er nog 30 tot 50 andere bemande vliegtuigwrakken in Nederland in de bodem liggen.

Vickers Wellington

Het neergeschoten vliegtuig was een tweemotorige bommenwerper van het type Vickers Wellington T2990. Het kon een topsnelheid halen van 378 km/u, had een spanwijdte van 26 meter en was 20 meter lang. Het toestel kon 2.041 kg aan bommen meenemen. Het boordgeschut bestond uit zes watergekoelde machinegeweren.

In de beginjaren van de oorlog werd deze Vickers Wellington puur als nachtbommenwerper gebruikt. Daarna werd hij ingezet in de strijd tegen Duitse duikboten. Uiteindelijk zijn er 11.000 van geproduceerd, in meerdere varianten.

Vilem Bufka

Het is ook bekend door wie Vilem Bufka met zijn bemanning is neergeschoten. Het was Oberleutnant Egmont Prinz zur Lippe-Weissenfeld, een man die 45 luchtoverwinningen boekte, maar in 1944 bij zijn zoveelste missie stierf in het harnas, ergens boven België.

Hij ligt begraven op de Duitse begraafplaats in het Nederlandse Ysselsteyn. Saillant detail: hij heeft Vilem Bufka de dag na de crash in 1941 nog opgezocht in het hospitaal.

Op de hoogte blijven?

Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief